Studie suggereert dat evolutie geïnformeerd is en niet volledig willekeurig
Een nieuwe studie, uitgevoerd door onderzoekers uit Ghana en Israël, trekt het al lang bestaande idee in twijfel dat de genetische mutaties die de evolutie aansturen volledig willekeurig zijn. Het onderzoek - gepubliceerd in de Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS) - suggereert dat evolutionair kritieke mutaties vaker kunnen voorkomen binnen specifieke populaties waar ze een voordeel bieden, zoals bescherming tegen ziekten.
Lange tijd is het belangrijkste principe van de evolutiebiologie geweest dat mutaties eenvoudige toevallige ongelukjes zijn, en dat natuurlijke selectie bepaalt welke gunstig zijn. Het nieuwe onderzoek - onder leiding van professor Adi Livnat van de Universiteit van Haifa - levert bewijs dat dit principe rechtstreeks in twijfel trekt.
Met behulp van een nieuwe detectiemethode, MEMDS genaamd, onderzocht het team het de novo (nieuwe) ontstaanspercentage van een specifieke mutatie in het APOL1-gen. Deze mutatie beschermt tegen de Afrikaanse slaapziekte, maar verhoogt het risico op nieraandoeningen bij homozygoten. De onderzoekers ontdekten dat de mutatie de novo significant vaker voorkomt in spermamonsters van Ghanese donors dan in monsters van Noord-Europese donors. Dit resultaat bevestigt een eerdere bevinding van het onderzoeksteam van de anti-malaria HbS-mutatie, die vaker bleek voor te komen bij Afrikanen ten zuiden van de Sahara.
Op basis van deze bevindingen stellen de wetenschappers een nieuwe theorie van "natuurlijke vereenvoudiging" voor Deze suggereert dat er weliswaar een externe factor van natuurlijke selectie bestaat, maar dat er ook een interne kracht is die de informatie gebruikt die in de loop van generaties in het genoom is opgebouwd om te bepalen welke mutaties waarschijnlijk zullen optreden. Dit herdefinieert mutaties niet als losstaande ongelukjes, maar als betekenisvolle gebeurtenissen in een groter langetermijnproces.
